Een vrouw in de RvC is een must, maar soms is een man ook niet gek
In mijn masterclasses die ik onder meer voor de commissarissen opleiding aan de de TIAS Businesschool geef, sta ik stil bij het onderwerp ‘board dynamics’ stil bij de uitwerking die de aanwezigheid van een of meerdere vrouwen in een raad van commissarissen heeft. Een vrouw is wars van haantjesgedrag, heeft veelal lak aan ‘old boys-gedoe’ en zegt waar het op staat. Ik ben daarom een voorstander van een of meerdere vrouwen in iedere raad van commissarissen. Ik had niet eerder bedacht dat ik het tegenovergestelde ooit zou moeten adviseren. De afgelopen week ik gaf ik op verzoek van bestuur en RvC van de Vrouwenpoli in Boxmeer een masterclass ‘Vormgeving verhouding DGA en RvC’. Alhoewel ik bij een ‘vrouwenpoli’ vanzelfsprekend een gezonde mix van mannen en vrouwen had verwacht, had ik niet kunnen voorzien dat de gehele onderneming van en door vrouwen was. Zowel het bestuur als de volledige raad van commissarissen bestond uit vrouwen (net zoals het gehele personeel).
Ik meen dat ik nog niet eerder een board ben tegen gekomen die volledig uit vrouwen bestond. Tja, wat nu. Op het eerste gezicht gaat het de board van de Vrouwenpoli zeer goed af. Wie ben ik om dan te stellen dat er een man in de RvC moet, terwijl ik het andersom wel adviseer?
Zijn vrouwen dan toch beter dan mannen in het houden van toezicht?